Belasting over buitenlands vastgoed-blog

Belasting over buitenlands vastgoed

Recentelijk is het nieuwe wetsontwerp 55K1762 goedgekeurd. Hiermee komt een einde aan de ongelijke behandeling van huurinkomsten uit buitenlands vastgoed ten opzichte van het binnenlandse. Dat is belangrijk nieuws voor onze investeerders van Brixclusive aangezien wij interessante vastgoedinvesteringen in het buitenland aanbieden. De fiscus zal voorzien dat er een Kadastraal Inkomen (KI) voor in het buitenland gelegen onroerende goederen toegekend zal worden.

Eerder werd de belasting bepaald aan de hand van reële huurinkomsten wat een stuk hoger uitviel. Om aan de ongelijkheid tegemoet te komen kon de Belg met vastgoed in het buitenland zich wel beroepen op het arrest van het Hof van Beroep van Luik van 28 juni 2017 dat stelt dat de ongelijke behandeling enigszins vermeden wordt door niet de volle huuropbrengst wordt aan te geven, maar slechts 22,5% van dat bedrag. Deze ‘oplossing à la Belge’ werd oogluikend toegestaan door onze financiële overheid, maar was geen oplossing ten gronde.

De Belgische staat werd in het verleden herhaaldelijk door het Europees Hof van Justitie op de vingers getikt vanwege de manier waarop belastingen werden geheven over inkomsten van buitenlands vastgoed. Onze overheid werd uiteindelijk in november 2020 veroordeeld tot een forfaitaire boete van 2 miljoen euro en een dwangsom van 7.500 euro per dag zolang de ongelijk behandeling blijft bestaan en dus totdat een nieuwe regelgeving in werking zou treden. Uiteindelijk bleek deze dwangsom uiterst effectief. In drie maanden tijd heeft de regering een oplossing geboden en is deze door de Tweede Kamer goedgekeurd. De oplossing houdt in dat buitenlands gelegen onroerende goederen ook een (Belgisch) KI toegekend krijgen. Althans, wanneer deze onroerende goederen in eigendom zijn van een rijks-inwoner of aan bepaalde rechtspersonenbelasting (RPB) onderworpen rechtspersonen. Er wordt dus geen onderscheid meer gemaakt tussen binnenlands en buitenlands vastgoed. Dat houdt in dat bij gebouwde onroerende goederen in principe uit wordt gegaan van de “normale netto huurwaarden” (op 1 januari 1975, het referentietijdstip) van het gebouw zelf, of van een “vergelijkbaar referentieperceel”. Wanneer dit niet voor handen is, wordt het KI berekend door het tarief van 5.3% te nemen van de normale verkoopwaarde van het perceel op het referentietijdstip (1 januari 1975). In het geval dat er geen referentie voorhanden is om de normale verkoopwaarde per 1 januari 1975 te bepalen, dan wordt uitgegaan van de “actuele normale verkoopwaarde” waarop dan een jaarlijks vast te stellen “correctiefactor” wordt toegepast. Voor het jaar 2020 is dat 15,036%.

Buitenlands KI is erg belangrijk voor het bepalen van de in België verschuldigde belasting met progressief voorbehoud, omdat volgens dubbelbelastingverdragen buitenlands onroerend goed in principe moet worden belast in het land waar het zich bevindt. Bij de calculatie van het belastbaar inkomen van buitenlands vastgoed zal het KI dus de basis zijn. In het geval dat bij verhuurde buitenlandse gebouwde onroerende goederen die belastbaar zijn op de werkelijke huurprijs en huurvoordelen, een kostenforfait van 40% in aftrek wordt gebracht, wordt dit voortaan ook beperkt in functie van de hoogte van KI. Daarnaast geldt er ook een minimum belastbaar inkomen op basis van het KI wanneer dergelijke goederen belastbaar zijn op de huur en huurvoordelen. Huurkwalificatie kan ook van toepassing zijn op de bedrijfsleider die huur ontvangt van zijn vennootschap voor dergelijk vastgoed. In dat geval kan ook een proportionele vermindering van het KI gelden. 

Bij vaststelling van het belastbaar onroerend inkomen zullen de binnenlandse en buitenslandse belastingen niet meer kunnen worden afgetrokken. Het KI komt overeen met het gemiddelde jaarlijks netto-inkomen. Een kostenaftrek is dan ook niet meer mogelijk aangezien er bij de waardebepaling van het KI al rekening is gehouden met een kostenforfait van 40%. De invoering van deze nieuwe wetgeving geeft de fiscus meer inzicht in de waarde van het buitenlands onroerend vermogen van Belgische rijks-6inwoners.

Wie vastgoed in het buitenland aankoopt of verwerft, moet daar binnen vier maanden melding van maken aan de administratie. Brixclusive geeft haar investeerders de juiste begeleiding om de aangifte op correcte wijze te voldoen om administratieve boetes te voorkomen. Het mag immers duidelijk zijn dat het van belang is om de nieuwe wetgeving te honoreren.

De nieuwe wet treedt retroactief werking vanaf 01.01.2021.

BRIXCLUSIVE probeert de inhoud van haar officiële brochure en productinformatie zo actueel, correct en compleet mogelijk weer te geven. Het is echter mogelijk dat de inhoud van deze brochure en productinformatie verouderd, incompleet en/of incorrect is. BRIXCLUSIVE kan op geen enkele manier aansprakelijk worden gesteld voor mogelijke fouten of onnauwkeurigheden hieromtrent, noch voor verlies, ongemak of directe dan wel indirecte schade geleden ten gevolge van het gebruik van in deze brochure en productinformatie voorkomende incorrecte informatie.